In ons vierde Historische Cahier beschrijft Marcel Krutzen het leven van Otto Schumacher, communist in hart en nieren. Hij was hulpvaardig bij sociale problemen, zowel voor, in als na de Tweede Wereldoorlog. Voor en in de oorlog hielp hij kameraden en andere vervolgde via verborgen smokkelroutes ons land binnen te komen, bood hen (tijdelijk) onderdak en zorgde hij voor hun verdere opvang bij anderen.
Marcel Krutzen werd tot het schrijven van deze biografie aangezet door een uitspraak van dr. Fred Cammaert in De Limburger van donderdag 2 mei 2024. Hij deed in het artikel de oproep: ‘Doe nader onderzoek naar WOII in Limburg’. Lokale historici – professionals en amateurs – zouden onder meer (nader) onderzoek kunnen verrichten naar de rol en de betekenis van ‘vergeten’ communistische verzetslieden, aldus Cammaert. Krutzen is de uitdaging aangegaan en deed onderzoek naar de voor de regio Parkstad Limburg belangrijke activist, hulpverlener, verzetsman en communist Otto Schumacher.
Tijdens de crisisjaren in de jaren 30 van de vorige eeuw vormden communisten in de Oostelijke Mijnstreek een betrekkelijk kleine, maar hechte gemeenschap. Via hen werd Schumacher actief voor de communistische Internationale Rode Hulp (IRH). De IRH, opgericht in 1924, bood tussen 1933 en 1941 humanitaire hulp aan uit Duitsland naar Nederland gevluchte mensen, vooral aan communisten, maar ook aan socialisten, katholieken en Joden.