Zomeravondlezing Land van Herle op 26 juli: Ruzie in archeologenland

Foto van Roelof Braad

Roelof Braad

Roelof Braad, gepensioneerd stadsarchivaris en historicus, is reeds sinds 1991 betrokken bij Historische Kring Het Land van Herle. Zijn huidige functies zijn hoofdredacteur en bestuurslid.

Twee gerenommeerde archeologen, de pioniers van de Nederlandse archeologie, zaten elkaar voortdurend dwars. Het hoe en waarom vertelt dr. Leo Verhart op vrijdag 26 juli tijdens de zomeravondlezing van de Historische Kring Het Land van Herle in samenwerking met het Thermenmuseum. De avond vindt plaats in het Thermenmuseum te Heerlen vanaf 20.00 u. (inloop vanaf 19.30 u.). De lezing is gratis toegankelijk, maar aanmelden op info@landvanherle.nl is nodig vanwege het beperkte aantal plaatsen.

Parallelle sporen

Leo Verhart schreef twee dikke pillen vol over beide grondleggers van de Nederlandse archeologie die ook voor de archeologie van Heerlen en omgeving in de 20ste eeuw van groot belang waren. De twee grondleggers van deze wetenschap in ons land zijn de directeur van het Leidse Rijksmuseum van Oudheden (RMO) Jan Hendrik Holwerda (1873-1951) en zijn leerling Albert Egges van Giffen (1884-1973). Na een hevig conflict in Leiden vertrok de laatste naar Groningen en hun leven lang zouden beide mannen elkaar tegenwerken.

De Leidse problemen groeiden uit tot een intens en langdurig conflict dat de ontwikkeling van de Nederlandse archeologie wetenschappelijk en beleidsmatig in hoge mate zou bepalen. Er zouden elkaar bestrijdende instellingen ontstaan, er kwamen studierichtingen archeologie aan de Nederlandse universiteiten en de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB) werd opgericht, nu Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed (RCE).

Ook in Limburg had dit gevolgen. Holwerda was de pionier die het moderne onderzoek in de provincie introduceerde. Spraakmakende ontdekkingen werden er gedaan en er was een goede samenwerking met het LGOG. Zo onderzocht Holwerda veel Romeinse villa’s, voerde opgravingen uit in Heerlen en kocht objecten aan. Van Giffen zat hem zoveel mogelijk dwars en wist in de arts H.J. Beckers een belangrijke medestander te krijgen.

In juni 1940 werd in Heerlen het thermencomplex ontdekt. Beckers zou het onderzoek op zich nemen en Van Giffen zou het afronden, mede als gevolg van de ruzie tussen de beide grondleggers van de moderne archeologie in Nederland. Hoe dat zo is gekomen en wat voor gevolgen dat had, vertelt Leo Verhart. Hij schreef een vuistdikke tweedelige biografie over deze archeologen met als titel Parallelle Sporen.

Over de spreker

Leo Verhart (1952) was als conservator prehistorie verbonden aan het Rijksmuseum van Oudheden en het Limburgs Museum in Venlo. Hij maakte tentoonstellingen en televisieprogramma’s en publiceert regelmatig over archeologische onderwerpen met als speciale belangstelling de steentijd en wetenschapsgeschiedenis.

Uitgelichte afbeelding:  Prof. Van Giffen (links) en Beckers (midden) tijdens de opgraving van de Romeinse thermen in Heerlen. Foto: Collectie Thermenmuseum

NB: Op 26 juli vindt ook de jaarlijkse Profronde van Heerlen plaats. Tijdens deze Franssen Franken Ronde kunt u uw auto in onderstaande Q-Park parkeergarages zetten. Uw auto staat dan veilig, betaalbaar en op loopafstand van het Thermenmuseum:
– Maankwartier Centrum
– Maanplein Heerlen
– De Klomp
– Teleparking
– Theater Heerlen Parking
– ’t Loon
– dePutgraaf
– P + R Parallelweg

Voor zover er plaats is kan ook op Tempsplein en Bekkerveld geparkeerd worden. Komen op de fiets of met openbaar vervoer is misschien nog de beste optie.

Deel dit artikel:

Facebook
Twitter
LinkedIn
WhatsApp
Email
Scroll naar boven
Ga naar de inhoud